Hoe belangrijk is verbeelding in corona-tijd? Hans Alma laat zien dat we de rol van beelden moeilijk kunnen overschatten in deze pandemie. Beelden geven hoop, en kunnen ook angst uitdrukken, zoals complottheorieën doen. En als ze hoop geven, dan is dat iets heel anders dan fantasie. Alma komt met een bijzondere definitie van hoop: twijfelende hoop, hoop tegen beter weten in. Aan het slot breekt Alma een lans voor kunst en religie: het zijn de gebieden waar verbeelding mogelijk wordt gemaakt.
Afgelopen week werd ik geïnterviewd over de rol van verbeelding in coronatijd. De journalist die me daarnaar vroeg, merkte dat zijn levendige fantasie in deze lockdown versterkt werd. Hij vond afleiding in scenario’s van bijvoorbeeld vakanties in Italië.
Helpt de verbeelding ons zo deze moeilijke tijd door te komen? Ik vond dat een interessante vraag. Zo’n gefantaseerd verblijf op een Italiaans terrasje is zeer aangenaam. Maar de kans op teleurstelling bij terugkeer tussen de vertrouwde vier muren van je huiskamer is natuurlijk groot.
Fantasie en verbeelding
Ik heb hem verteld dat ik onderscheid maak tussen fantasie en verbeelding, al is er een grijs gebied tussen beide fenomenen. Fantasie kan zich los maken van onze werkelijkheid. Dat kan prettig en ontspannend zijn, maar heeft toch ook iets van een vlucht.
Verbeelding betekent dat je door goed te kijken naar een gegeven situatie, daarin nieuwe mogelijkheden kunt ontdekken. De verbeelding helpt ons om het feitelijke in het licht van het mogelijke te zien. Dat stelt ons in staat voorstellingen te maken van een andere, betere werkelijkheid – niet als vlucht uit, maar als potentie van wat is. Pas als we daar een duidelijk beeld van hebben, zullen we bereid zijn veranderingen na te streven in ons handelen. Verbeelding is zo de voorwaarde voor persoonlijke en maatschappelijke transformatie.
Ik denk inderdaad dat we in deze coronacrisis onze verbeelding nodig hebben. We zijn hardhandig stilgezet in onze vertrouwde manier van leven. Dat roept gemis op, maar maakt ook een nieuw begin mogelijk. Het is pijnlijk wanneer de routines en vanzelfsprekendheden doorbroken worden, maar het geeft ruimte voor reflectie.
Wil ik terug naar mijn oude werksituatie? Pakken we onze vervuilende activiteiten straks weer gewoon op? We kunnen onze verbeelding inzetten om tot andere opties te komen. Toch zien we dat verbeeldingskracht een tweesnijdend zwaard is. De pandemie biedt een rijke voedingsbodem voor complottheorieën. Ook die van zijn vrucht van de verbeelding, die gemakkelijk met ons op de loop gaat.
Hoop en angst
Ik maak onderscheid tussen verbeelding die gevoed wordt door hoop en verbeelding die gevoed wordt door angst. Hoop is iets anders dan een optimistische overtuiging dat het wel goed zal komen. Hoop werkt eerder tegen beter weten in: juist waar de situatie onmogelijk lijkt, kan de tegendraadse hoop een nieuw perspectief zichtbaar maken. Hoop is gericht op het nog-niet en moet vergezeld blijven gaan van twijfel. Is dit echt de goede weg? Zien we geen belangen over het hoofd die geschaad worden als we deze koers inslaan?
Die twijfel ontbreekt waar verbeelding gevoed wordt door angst, bijvoorbeeld de angst dat we onze vertrouwde manier van leven verliezen. We klampen ons dan vast aan wat onze belangen lijkt veilig te stellen. Verbeelding komt in het teken te staan van de dictatuur van de zekerheid. Onze eigen voorstelling van een gewenste toekomst wordt een bubbel waarin we alleen gelijkgezinden toelaten.
Kunst en religie
Kunst en religie zijn bij uitstek domeinen van de verbeeldingskracht, en ook zij kunnen gevoed worden door angst of door hoop. Waar hoop leidend is, openen kunst en religie het zicht op een nieuw begin, dat geen enkele garantie biedt op succes. We kunnen alleen experimenterend op weg gaan om het een kans te geven, in al onze twijfel en onzekerheid. We kunnen ons laten leiden door een verbeelding die ons voorstellingen influistert van hoe het ook kan zijn. De zachte stem van de hoop wordt gemakkelijk overschreeuwd door die van de angst.
Maar we hebben de keuze om goed te luisteren en aandachtig te kijken naar tekenen van iets nieuws, ook in de huidige onmogelijke situatie. We kunnen zelf zo’n teken te stellen: een aarzelend woord, een voorzichtig gebaar, een eerste stap naar een andere manier van leven. Een verbeeldingsvol teken, gevoed door de hoop. Waar kunst en religie ons daartoe inspireren, blijkt hun onmisbare waarde in crisissituaties.
Hans Alma
Geef een reactie