Pieter Dronkers, universitair docent Zorgethiek aan de Universiteit voor Humanistiek en lid van het Vrijzinnig Universitair Netwerk, schreef een korte reflectie over het geweld in Israël en Palestina. Over hoop, wanhoop, en vooral: hoop daar waar er alleen maar hopeloosheid lijkt te zijn…
Hoe verder nu ik geen hoop meer te bieden heb?
Het is de vraag van een verpleegkundige in een Palestijns ziekenhuis in Jeruzalem waar ik onderzoek doe. In de afgelopen jaren kwam een flink deel van de patiënten van deze verpleegkundige uit de Gazastrook. Het ziekenhuis waar hij werkt is de enige plek waar Gazanen met meer zeldzame vormen van kanker terecht kunnen.
Sinds 7 oktober zitten de patiënten uit Gaza vast in Jeruzalem en een van weigert nu haar chemokuur voort te zetten. De Israëlische bombardementen dwingen haar familie steeds opnieuw te vluchten en een aantal goede vrienden is gedood. Ze heeft iedere vorm van hoop verloren en van haar eigen behandeling ziet ze het nut niet meer. De verpleegkundige weet zelf ook niet meer hoe het verder moet. Als zorgverlener ben je er toch ook om patiënten licht aan de horizon te bieden, zegt hij. Juist als mensen tijdens de behandeling de moed opgeven. Maar nu lijkt hem ook alle hoop uit de handen geslagen.
Het abnormale als normaal
Het onderzoek in Jeruzalem doe ik samen met een Palestijnse psychologe uit Ramallah. Ik spreek haar dezer dagen vaak en intensief. Zij vertelt mij dat het werk van Martín-Baró (1942-1989) in deze periode veel voor haar betekent. Deze Spaanse Jezuïet studeerde filosofie en theologie, maar maakte vooral naam als psycholoog. Steeds weer benadrukte hij hoezeer de psychische vragen van mensen verbonden zijn met de maatschappelijke omstandigheden waar ze mee te maken hebben. Psychische problematiek is niet iets tijdloos en universeels, maar hangt samen met de dagelijkse politieke realiteit: zeker in een context van onrecht waarin het abnormale het dagelijkse normaal is.
Individu en context
Martín-Baró ontwikkelde zijn ideeën in El Salvador. Als Jezuïet was hij naar dat land uitgezonden. El Salvador kende de ene na de andere junta en kwam in 1979 in een volledige burgeroorlog terecht. Het was hier dat Martín-Baró de rol van de psycholoog steeds meer ging zien als degene die onderdrukkende en dehumaniserende mechanismes in een samenleving blootlegt. In zijn ogen was het de belangrijkste taak van psychologen om zich aan te sluiten bij de collectieve strijd voor een rechtvaardige samenleving, waarin gelijkwaardige relaties mogelijk zijn en waarin mensen tot bloei kunnen komen.
Daarmee was Martín-Baró een van de grondleggers van de bevrijdingspsychologie. In 1989 werd hij samen met een aantal collega’s, deels Jezuïeten, door het leger van El Salvador vermoord. Zij hadden zich tijdens de burgeroorlog publiekelijk ingezet voor een staakt-het-vuren.
Bevrijdingstheologie
De gesprekken met mijn Palestijnse collega herinneren me aan de theologieboeken uit mijn studietijd. Martín-Baró’s werk is nauw verwant met de bevrijdingstheologen die ik toen las: het belang van een grondige analyse van de machtsverhoudingen, verzet tegen onrecht, solidariteit met de onderdrukten, de nadruk op het juiste doen (orthopraxie) in plaats van het juiste geloven (orthodoxie).
Belangrijker dan het respecteren van (kerkelijke) hiërarchieën of lang gekoesterde dogma’s is je daadwerkelijke inzet voor wie in verdrukking leeft. In de kern ging het Jezus niet om theologische vernieuwing, maar om betrokkenheid bij de mensen langs de kant van de weg. In de context van Israël en Palestina hebben Palestijnse theologen en Joodse denkers deze uitgangspunten in de afgelopen jaren verder doordacht. Bevrijding van onderdrukking is ook voor hen de kern: bevrijding en herstel van relaties tussen mensen op basis van gelijkwaardigheid.
Kindeke Jezus
Op een steenworpafstand van Jeruzalem ligt Bethlehem. De plek van een ultiem verhaal van hoop. Maar in de Lutherse kerk van Bethlehem zijn alle kerstvieringen van de kalender geschrapt en ligt er een kindeke Jezus tussen de brokstukken. Hoop is verder weg dan ooit. Solidariteit in de strijd tegen onderdrukking en voor bevrijding is de enige manier om menswaardige relaties te herstellen. Zodat ook die verpleegkundige weer iets van hoop kan bieden aan het bed van zijn patiënten.
Pieter Dronkers
Geef een reactie